Niets doen is zalig...., een recept voor innovatie?

In zijn boek “Het wilde vlees, - De Tomtomisering van de passionele mens” (2006) neemt Joep Schrijvers ons mee in het ontstaan en de kenmerken van de neologistieke orde. Hij beschrijft daarbij hoe de emoties van de mens (vreugde, verdriet, angst, woede, verbazing en walging) middels passiestrategiëen worden gekanaliseerd. Of het nu ons werk, priveleven, onderwijs of zorg betreft; in alle facetten van ons leven staan wij onder toezicht en controle. Het leven als het ondergaan van een aaneenschakeling van blijde en droevige gebeurtenissen die een mens overkomen bestaat niet meer. Het leven is verworden tot een proces waarbij het enige dat telt het snel oplossen van problemen is om zodoende de volgende processtap te bereiken. Echte existentiële ruimte is er niet meer.Dit cybernetische systeem van toezicht en controle heeft zelf fundamentalistische en totalitaire trekken. De enige manier om eraan te ontkomen is om jezelf bewust buiten de neologistieke orde te plaatsen, bijvoorbeeld door een ‘geluksweigeraar’ te worden. Je wordt dan wel van het label “loser” voorzien. Het betoog van Schrijvers is doorspekt met pakkende voorbeelden. Na het lezen van dit boek kijk je anders aan tegen onze toenemende obsessie voor meten, monitoren en volgen en de nog immer aanwezige idee van de maakbaarheid van de samenleving.
 
De ‘theorie’ van Schrijvers deed mij nadenken over het onderwerp innovatie. Welk oordeel kun je vellen over innovatie en het innovatiedenken in het licht van de voortschrijdende tomtomisering? 

Innovatie of vernieuwing is het invoeren van nieuwe ideeën, goederen, diensten en processen. Het proces van innovatie draait om dingen op een nieuwe (en zo mogelijk ook betere) manier aan te pakken (Wikepedia 2007). Een uitvinding wordt in onze (neologistieke) orde pas als innovatie beschouwd, als de uitgevonden producten of diensten ook worden ‘vermarkt’ en toegevoegde waarde hebben. In lijn met dit denken zien wij in onze samenlevingen dat overheden meer beleid, eisen, regels en voorschriften gaan bedenken om innovatie te ‘stimuleren’.  

En daar gaat het volgens mij fout. Echte innovatie laat zich niet sturen. De nieuwe producten en diensten die wij thans als ‘innovaties’ benoemen zijn niet meer dan de logische en voorspelbare uitkomsten van gekanaliseerde en voorgeprogrammeerde wensen. Deze innovaties maken ons leven in het algemeen makkelijker (denk aan die handige smartphones), ze zijn immers nuttig. De neologistieke orde kenmerkt zich dan ook door nuttigheids-fundamentalisme.  

Willen we echt nieuwe producten, diensten, organisatievormen en werkwijzen tegemoet zien dan moeten wij dit nuttigheidsdenken loslaten. De beste ideeën komen voort uit een combinatie van creativiteit, bezinning en tijd. 

Schrijvers verwijst in zijn boek ook naar de klassieke oudheid, waar men al zij: niets doen is zalig. In lijn hiermee zou ik willen stellen: niets doen leidt tot echt innovatie. Hiermee pleit ik er niet voor dat een ieder al zijn werkzaamheden en bezigheden neerlegt, maar wel voor het terugdringen van het op ieder moment van de dag “nuttig bezig moeten zijn”. Daarmee wordt namelijk echte innovatie in de kiem gesmoord. Oh ja, vergeet u niet de tijd die u aan het lezen van het bovenstaan hebt besteed te verantwoorden….

Martin Verberkmoes is werkzaam als sr. organisatieadviseur bij Van Nimwegen & partners Organisatieadvies bv. Hij heeft een bestuurskundige en bedrijfskundige achtergrond. Zijn bijdragen aan www.innovatieforganiseren.nl schrijft hij op persoonlijke titel.

Kom met uw praktijkervaringen op het terrein van managen en organiseren

Deel uw kennis, schrijf 3 columns of artikelen en ontvang een gratis pro-abonnement (twv €200)

Word een pro!

SCHRIJF MEE >>