Verdient innovatie staatssteun?

Het Nederlandse subsidiebeleid kan veel effectiever en efficiënter. Dat stelt onderzoeker Koert van Buiren in zijn opiniestuk in het Financieele Dagblad van 9 augustus. De overheid gaat volgens hem te veel op de stoel van de banken zitten en richt zij zich te weinig op het falen van de markt.

Een van de manieren waarop de overheid innovatie tracht te bevorderen is de medefinanciering van projecten. Het ter beschikking stellen van overheidsgeld voor R&D-projecten nodigt al snel uit tot gedrag dat ik "subsidiepotjes melken" zou willen noemen. Onvoldoende onderbouwde businesscases, gebrek aan heldere doelstellingen en "wie niet waagt, die niet wint"-gedrag. Een ineffectieve besteding van belastingcenten dus.

Van Buiren heeft groot gelijk dat dit anders kan en moet. Hij stelt dat investeringen in R&D worden geremd door het risicomijdende gedrag van banken. Hij vindt dat de overheid dit risico deels zou moeten afdekken. Op dit punt gaat zijn analyse volgens mij mank. Een anekdote om dit te verduidelijken. Aan het begin van mijn studie bedrijfseconomie nam ik deel aan werkcolleges bij het vak Ondernemingsfinanciering. Deel van de studiestof bestond uit cases over investeringsselectie en financiering.

Toen een gastdocent uit het bedrijfsleven onze ingewikkelde verhalen over mezzanine vermogensvormen en kredietfaciliteiten aanhoorde verzuchtte hij: "Wat maakt u zich tot druk over waar het geld vandaan komt... vraag u liever af of de investering wel interessant is. Voor goede ideeën is immers altijd geld!". Deze economische wet ben ik nooit vergeten en is zeker ook van toepassing op investeringen in R&D. Banken financieren tegen grote risico's internetbedrijven, biotech-startups en grootschalige fusies en overnames in de marktsector.

Dit alles gebeurt zonder een euro overheidssteun (nou ja, meestal dan). Banken achten zichzelf blijkbaar prima in staat risico's af te wegen en in te dekken. Er is geen sprake van marktfalen. Waarom zou je dan als overheid ingrijpen? De enige goede reden die ik kan bedenken is dat de rest van de wereld het ook doet. Hier is geen sprake van het opheffen van marktfalen, maar juist van het verstoren van de markt.

We kunnen nu twee dingen doen. Ten eerste zou Nederland bij de Europese Commissie kunnen pleiten voor afschaffing van subsidiepotjes voor R&D in alle lidstaten van de Unie. Mevrouw Kroes, doe er wat aan! Het eenzijdig intrekken van subsidies door Nederland zou de Nationale concurrentiepositie in gevaar brengen en is dus niet mogelijk. Wat we wel kunnen doen is investeren in het vermogen van de overheid om investeringsvoorstellen op hun economische merites te beoordelen.

Kom met uw praktijkervaringen op het terrein van managen en organiseren

Deel uw kennis, schrijf 3 columns of artikelen en ontvang een gratis pro-abonnement (twv €200)

Word een pro!

SCHRIJF MEE >>

Frans Duurland
Pro-lid
Mee eens. Subsidies appeleren primair aan de handelsgeest. Dit raakt aan één van mijn persoonlijke stokpaardjes. De oorzaak van de Nederlandse innovatieparadox (wel kennis, géén innovatie) ligt vooral bij de bedrijven zelf. Veel bedrijven wíllen helemaal niet innoveren. Handelsgeest en kostenbeheersing leveren telkens weer nèt voldoende marge op om door te gaan op de bekende weg. Dus waarom zou je tijd en geld aan vernieuwingsprojecten besteden? Projecten die in die context worden geboren, omdat er subsidie is, ontberen de voor succes noodzakelijke doses visie, moed en doorzettingsvermogen.
Edwin Lambregts
Frans,

Goed om te zien dat ik geen roepende in de woestijn ben. Ik hoorde laatst nog van iemand dat er op dit moment honderden miljarden euro's kapitaal over de wereld zwerven op zoek naar goede ideeën. Er is blijkbaar meer privaat geld beschikbaar, dan er projecten zijn om in de investeren. Waarom zouden we dan publiek geld inzetten?

Edwin